Dit jaar gaan er naar verwachting minder Nederlanders op vakantie. Degenenen die op vakantie gaan, willen wel ongeveer even vaak gaan als in 2014.
Nederlanders zullen dit jaar even vaak op vakantie gaan als in 2014. Daarmee komt een eind aan de lichte dalingen van de afgelopen twee jaar. Echt herstel van de vakantiemarkt zal echter nog wat langer op zich laten wachten. Deze verwachting spreekt NBTC-NIPO Research uit op basis van onderzoek onder 20.000 Nederlanders.
Uit het dinsdag op de Vakantiebeurs gepresenteerde onderzoek blijkt dat ruim 70 procent van de Nederlanders dit jaar op vakantie wil. Vergeleken met vorig jaar is dat een daling van zo’n 1,5 procentpunt.
Van degenen die op vakantie willen, geeft het overgrote deel (ruim 60 procent) aan even vaak als vorig jaar te willen gaan. De groep die vaker wil, is echter voor het eerst sinds jaren weer groter dan de groep die minder vaak wil gaan.
Eerst grote aankopen, dan vakantie
Het verbeterde consumentenvertrouwen en de aantrekkende economie vertalen zich daarmee niet direct in meer vakanties. Een van de verklaringen is dat consumenten de afgelopen jaren stevig hebben bezuinigd op grote aankopen zoals huizen, auto’s en keukens. Daar geven zij nu mogelijk voorrang aan en dat gaat ten koste van het budget voor vakanties, stelt NBTC-NIPO.
De economische crisis heeft maar beperkte invloed gehad op het vakantiegedrag van Nederlanders. In de beginjaren van de crisis stabiliseerde het aantal vakanties. Vakantiegangers bezuinigden door korter en minder ver te gaan en door wat minder uit te geven, maar bleven wel op vakantie gaan.
Pas de laatste twee jaar was er sprake van een lichte krimp. De totale daling van het aantal vakanties sinds de start van de crisis eind 2008 bedroeg 2 procent, in verblijfsnachten uitgedrukt min 5 procent. ,,Deze relatief beperkte daling laat het grote belang zien dat Nederlanders hechten aan vakanties'', aldus een woordvoerder van NBTC-NIPO.
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl